Prestaties voor bekostiging van expertiseadvies

De NZa introduceert per 2023 twee nieuwe prestaties voor de bekostiging van het expertiseadvies. Het gaat om een prestatie voor een expertiseadvies zonder patiëntencontact (190174) en een prestatie voor een expertiseadvies met patiëntencontact (190175).

Expertiseadvies

Steeds vaker vragen specialisten in de 2e lijn advies aan specialisten met een specifieke expertise die in de 3e lijn, een tertiair centrum of expertisecentrum werken. Een patiënt hoeft dan niet altijd meer te worden doorverwezen. De NZa heeft nu prestaties gemaakt voor het geven van zo’n expertiseadvies door een in Nederland erkend expertisecentrum voor zeldzame aandoeningen. Hieronder valt dus ook het vragen van een advies aan een collega in zo’n expertisecentrum (2e of 3e lijn). Vanaf 2023 kunnen deze consulten eenduidig worden geregistreerd en kan een passende vergoeding worden gedeclareerd.

Informatieverplichting vanwege onderlinge dienstverlening

Bij het expertiseadvies gaat het om onderlinge dienstverlening. De instelling die het advies geeft is immers niet de instelling die het advies declareert bij de zorgverzekeraar of patiënt. Daarom is specifiek voor deze zorgproducten een informatieverplichting opgenomen. Zo is transparant welke instelling de diagnostiek of het advies daadwerkelijk heeft geleverd.

Wat moet worden vermeld?

Per 2023 is het verplicht om bij de declaratie van de add-on prestaties voor het expertiseadvies de AGB-code van de instelling die het advies heeft gegeven te vermelden. Bij de overige zorgproducten voor het expertiseadvies (190174 en 190175) moet naast de AGB-code van de declarerende instelling ook de AGB-code van de instelling die de zorg daadwerkelijk heeft geleverd worden vermeld op de declaratie.

Meer weten?

Wilt je meer weten over hoe het expertiseadvies wordt bekostigd en wat hier wel of niet onder valt? Die informatie vind je hier.