Opinie-artikel – keynote DCRM 2024
De GGZ en de revalidatiegeneeskunde betreden het morele tijdperk van de geneeskunde, waarin de focus ligt op ‘je zinvolle ding kunnen doen’ als uitkomst van medisch handelen. Een belangrijke verandering voor de GGZ, gegeven de technisch-specialistische focus op ‘ziekte in het hoofd’, die -paradoxaal- de vraag naar GGZ juist doet toenemen, vooral bij jongeren. Dus waar te beginnen met de morele transitie? En waar ontmoet de GGZ de revalidatiegeneeskunde in dit proces?
Auteur
PROF. DR. J.J. ( JIM) VAN OS
Hoogleraar psychiatrie en voorzitter divisie Hersenen, UMC Utrecht
In de kern van medische zorg ligt de ervaring van lijden, een subjectieve en persoonlijke ervaring. Traditioneel leerden artsen zich actief te verhouden tot dit lijden en het een plek te geven in hun zorg. Tegenwoordig is de focus meer verschoven naar diagnostiek en protocollair behandelen, waarbij lijden wordt gezien als een factor die moet worden gereduceerd.
De aard van lijden
Lijden, ongeacht of de aanleiding mentaal of fysiek is, kan worden begrepen in relatie tot ons bewustzijn – de ervaring dat we ervaren. Ingewikkeld? Nee. We denken dat bewustzijn in de aard affectief (emotioneel) is en tot stand komt in het ervaren van emoties die we genereren terwijl we de wereld om ons heen verkennen. In een gezonde staat fluctueren emoties op een natuurlijke manier en creëren ze een dynamisch evenwicht, wat zorgt voor de achtergrondervaring van ‘zelfregulatie’. What goes up must come down, en vice versa. Wanneer dit evenwicht verstoord raakt en emoties vastlopen, ontstaat psychisch lijden. Iemand kan blijven hangen in een negatieve emotionele toestand en de voorheen vanzelfsprekende achtergrond van fluctuatie is weg. Deze ervaring kan aanvoelen als een stilstand waarin de toekomst niet meer vanzelfsprekend of zelfs afgesloten lijkt. Met het lijden ontstaat dan vaak een (latente) doodswens.
Het contextuele aspect van psychisch lijden
Psychisch lijden ontstaat niet ‘in het hoofd’, maar in relatie tot de omgeving. Dit maakt het lijden complex en gelaagd. Een belangrijke context is de existentiële dimensie. Mensen kunnen psychisch sterk lijden wanneer ze het gevoel hebben dat hun leven geen betekenis of richting heeft. Daarnaast speelt de sociale context een cruciale rol. Relationele moeilijkheden, eenzaamheid, het gevoel van uitsluiting of vernedering kunnen allemaal bijdragen aan psychisch lijden. De culturele context kan eveneens bijdragen aan lijden. Maatschappelijke normen en verwachtingen, zoals de druk om succesvol te zijn, er op een bepaalde manier uit te zien of te presteren, kunnen psychisch lijden verergeren. Ook het lichamelijke aspect mag niet worden onderschat. Lichamelijke klachten en beperkingen kunnen lijden veroorzaken, vooral wanneer iemand zich machteloos voelt in het omgaan met de fysieke toestand. Lichamelijke en psychische gezondheid zijn nauw met elkaar verweven. De leefstijl van een persoon speelt daarnaast een grote rol. Factoren zoals een gebrek aan slaap, slechte voeding, gebrek aan beweging, en overmatig gebruik van technologie kunnen de zelfregulatie van iemand ondermijnen en bijdragen aan psychisch en lichamelijk lijden. Ten slotte kunnen trauma’s uit het verleden de basis vormen van lijden. Gebeurtenissen zoals misbruik, verlies of andere ingrijpende ervaringen kunnen diepe wonden achterlaten die in latere jaren opnieuw opengaan en intens lijden veroorzaken.
Het relationele aspect van lijden
Wat lijden – psychisch dan wel lichamelijk – complex maakt, is dat we ons ertoe gaan verhouden – het is in die zin (zelf)relationeel. Het voelt vaak machtig en dwingend, alsof het lijden ‘de baas is’ en iets van de persoon wil. Het is niet uitlegbaar en daarmee eenzaam makend. En hoe dieper de negatieve staat, hoe groter de kans dat het externaliseert: negatieve gedachten die eerst herkend werden als van de persoon zelf worden gepercipieerd als negatieve stemmen van iemand anders. Een belangrijk onderdeel van behandeling is daarom dat mensen leren zich anders te verhouden tot hun lijden. Door dit lijden vanuit een ander perspectief te bekijken en zich empowered te leren voelen, wordt het minder machtig en dwingend en krijgt de persoon meer ruimte om het te hanteren.
‘Bekijk het lijden vanuit een
ander perspectief’
Behandeling van lijden: de klik in de relatiedriehoek
Behandeling van lijden vindt plaats in een dynamische driehoek tussen de hulpverlener, de hulpvrager en de behandeling zelf. Tussen alle drie moet een ‘klik’ zijn. Een cruciaal aspect van dit proces is de relatie tussen de hulpverlener en de hulpvrager, die gebaseerd is op vertrouwen, erkenning en wederzijds begrip. De hulpverlener neemt een houding van presentie aan, waarin het lijden van de patiënt erkend wordt zonder de directe druk om dit lijden onmiddellijk op te lossen. Deze houding creëert een verbinding waarmee het lijden gedeeld kan worden, waardoor er ruimte ontstaat voor perspectief en nieuwe inzichten. Daarnaast speelt de manier waarop iemand zich tot het lijden verhoudt een belangrijke rol in het behandelproces. Psychisch en lichamelijk lijden kan vaak als overweldigend en dwingend worden ervaren, waarbij de persoon zich machteloos voelt. De behandeling richt zich op het ondersteunen van de patiënt om zich anders te verhouden tot het lijden, zodat het minder dominant wordt.
Een andere sleutel tot effectieve behandeling is het stimuleren van motivatie voor verandering. Gegeven het contextuele aspect is lijden vaak een signaal dat er iets in iemands leven of context moet veranderen. Dit proces vraagt om geduld, inzicht en ‘gecontroleerd ruzie’ maken omdat verandering moeilijk is.
Zorg als ecosysteem van epistemisch pluralisme
In plaats van vast te houden aan één model, zou een ecosysteem van zorg verschillende benaderingen kunnen samenbrengen (epistemisch pluralisme). Dit houdt in dat de GGZ en revalidatiegeneeskunde zich meer consultatief opstelt binnen een breed netwerk van zorgopties, waarin groepsbenaderingen, sociale zorg, ervaringskennis, en complementaire en informele zorg ook een belangrijke rol spelen. Een goed voorbeeld hiervan is welzijn op recept in het sociaal domein, een aanpak die de focus legt op functioneren in de sociale context en niet per se op symptoombestrijding.
Het belang van werken in groepen
Groepsbenaderingen, ongeacht de setting (GGZ, revalidatie, sociale zorg, praktijkondersteuning huisarts (poh), herstelacademie, informele zorg, online community) bieden unieke voordelen voor zowel patiënten als zorgverleners. Werken in groepen is vaak krachtiger omdat mensen therapeutische relaties met elkaar aangaan en steun vinden in elkaars ervaringen. In deze setting ontstaan vaak resourcegroepen, waarbij mensen samenkomen om elkaar langdurig te ondersteunen.
Het belang van ervaringskennis en herstelacademies
In dit ecosysteem van zorg is er aandacht voor ervaringskennis. Deze vorm van kennis ziet lijden niet als een puur medisch probleem dat opgelost moet worden, maar eerder als een proces van leren en ontwikkeling. Dit verschuift de focus van behandeling naar een meer educatief model, waarin mensen met elkaar leren om met hun lijden om te gaan en veerkracht op te bouwen. Herstelacademies, in de GGZ maar ook steeds meer in de revalidatiegeneeskunde, spelen hierin een belangrijke rol. Deze academies bieden een veilige omgeving waarin mensen in groepen werken aan hun herstel en tegelijkertijd leren van ervaringsdeskundigen die hetzelfde pad hebben bewandeld.
‘Een relationeel-contextueel kader
voor lijden en behandelen kan
de zorg fundamenteel verrijken’
GGZ en revalidatiegeneeskunde en route
Conclusie
Een relationeel-contextueel kader voor lijden en behandelen kan de zorg fundamenteel verrijken, met name in de GGZ en de revalidatiegeneeskunde. Dit kader erkent dat lijden een wezenlijk onderdeel is van het menselijk bestaan, en vraagt om erkenning en begeleiding, niet om onmiddellijke oplossing. Met een focus op de relatie tussen hulpverlener en hulpvrager, en het meenemen van de bredere context waarin het lijden zich afspeelt, ontstaat er een behandelproces dat beter aansluit bij de realiteit van de patiënt. De organisatie van de zorg kan hierin een sleutelrol spelen, in een ecosysteem van zorgopties waarin zowel formele als informele zorgvormen gelijkwaardig naast elkaar bestaan.
Jim van Os op DCRM 2024
Op het Dutch Congress of Rehabilitation Medicine (DCRM) in november 2024 sprak Jim van Os als keynote over maatschappelijke veranderingen. Tijdens zijn lezing stelde hij zich de vraag: ‘Is de GGZ zich aan het heruitvinden als mentale revalidatiegeneeskunde?’
Trefwoorden: contextueel lijden, relationele zorg, veerkracht, epistemisch pluralisme, werken in groepen