18 juni 2024

Oh, oh, Den Haag

Maikel Siebrecht, revalidatiearts UMC Groningen

In 2019 kreeg ik een medische tuchtklacht, samen met drie andere artsen. We werkten destijds bij een polikliniek met meerdere specialismen samen. Een aios orthopedie zou vijf jaar daarvoor metingen verkeerd hebben verricht, waardoor er onterecht geen operatie-indicatie zou zijn gesteld. De patiënt was jaren later elders wel geopereerd.

We ontvingen een uitgebreid klachtschrift. Ik had, vond klager, onder meer de (zeer specifieke) metingen van een ander specialisme moeten corrigeren en ik had ten onrechte in een brief naar het UWV, de onjuiste diagnose meegenomen. Ik vond deze klachten ongegrond. Gelukkig vond mijn advocaat dat ook. We hadden verwacht dat ik bij het juridisch vooronderzoek al zou afvallen, maar dat bleek helaas niet het geval.

Er volgde een zitting bij het Regionaal Tuchtcollege. Ik vond dat daar feiten door elkaar werden gehaald en gestelde vragen niet de kern raakten. Alle klachten aan mij werden ongegrond verklaard, maar ik kreeg, buiten de vooraf gestelde klachten om, toch een maatregel (waarschuwing) voor het niet later actief corrigeren van de gestuurde informatie aan het UWV. Het was echter al bekend dat ik niet op de hoogte kon zijn van deze bevindingen van elders en ik had hiervoor ook geen nieuw verzoek of toestemming van patiënt gehad. Deze maatregel vond ik daarom zo onbegrijpelijk dat ik besloot beroep aan te tekenen. Ook de patiënt ging opnieuw, met alle klachten, tegen mij in beroep. In 2020 ging dit door naar het Centraal Tuchtcollege.

Pas in 2022 kwam dit in Den Haag tot een zitting. Voor het pakket aan bijgevoegde stukken was er inmiddels een doos nodig. Ik was vanuit mijn eerdere ervaringen een stuk minder gerust. Bij het Centraal Tuchtcollege werden echter direct de mijns inziens relevante vragen gesteld en twee maanden later waren alle klachten ongegrond verklaard.

Het medisch tuchtrecht heeft als doel de kwaliteit van zorg te bewaken en bevorderen en patiënten te beschermen tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen. Het is mijns inziens een onmisbaar instrument. Ik vraag me wel af wie de deskundigheid en zorgvuldigheid van dit instrument bewaakt en hoe er verantwoordelijkheid wordt genomen. Ik was vier jaar onnodig betrokken bij een zinloze en enorm tijd-, mankracht- en geldverslindende exercitie. Er werd alleen al niet goed (in)gelezen bij de zittingen, juridische kaders leken niet duidelijk en vooral een rapport van een expertisebureau had feiten verdraaid en gekleurd. De zorg werd er niet beter van. Dat expertisebureau wel, vrees ik.

Het was in vlagen lastig het gevoel van onrecht buiten mijn overige patiëntzorg te houden. Als er sprake zou zijn geweest van een klacht waarbij ik zelf ook had gevonden dat ik een duidelijke fout had gemaakt, had dit ongetwijfeld een veel meer omvattende negatieve impact gehad. Ik ben heel blij dat dat niet het geval was. Mogelijke bijkomende juridische onjuistheden lijken mij dan ook nóg moeilijker te hanteren.

Na de zitting heb ik heerlijk gewandeld in Den Haag. Daar was ik nog niet vaak geweest. Toch een pluspunt. Ik blijf daar voor dit soort zaken het liefst wel weg.

Calamiteit leidt tot structurele verbetering via een emotionele beproeving

Dr. Ellen H. Roels, revalidatiearts UMC Groningen

Verwardheid, angst, woede, empathie, verdriet, ongemak, verwondering, tevredenheid….alles kwam aan bod… binnen en buiten werkuren…

Het was goed schrikken toen ik op een zondag, jaren geleden, mijn werk-mailbox ging bijwerken. Ik las in de dienstoverdracht dat er een patiënt met een dwarslaesie onwel geworden was, waarbij lage saturatie en met spoed was ingestuurd. De betreffende patiënt bleek longembolieën te hebben en er volgde een reanimatie . ‘Hoe dan?’, dacht ik onmiddellijk, ‘was er profylaxe?’. Mijn geweten kon geen rust vinden. In de toen nog beperkte digitale dossiers kon ik geen bevredigende verklaring vinden, dus ik reed snel naar het revalidatiecentrum op zoek naar meer informatie. Tevergeefs, het werd er niet duidelijker op en er rezen nog meer vragen. Ik wilde mijn collega’s spreken maar hen niet dezelfde onrust aanjagen als ik zelf ervoer, dus ik moest wachten tot maandag. Het liefst was ik ook onmiddellijk naar patiënt en partner gegaan om hen te spreken en in de hoop vast te stellen dat alles oké was. Maar zonder goede achtergrondinformatie was dat geen optie. De rest van de zondag (inclusief nacht) verliep erg rusteloos in mijn hoofd.

Op maandag sprak ik mijn collega’s. Het werd duidelijker. Er bleek veel te berusten op miscommunicatie rondom antistolling. Of misschien niet eens, want communicatieverkeer was op zich wel duidelijk, alleen waren er meerdere specialismen en meerdere hoofdbehandelaars betrokken en meerdere elkaar tegensprekende protocollen. Wie houdt dan de regie? Wie is verantwoordelijk?

Een dergelijk incident met ernstige gevolgen wordt gemeld als calamiteit. Best eng, die melding, met vele confronterende vragen. Er volgde een nadere analyse met een interview dat voor mij meer aanvoelde als een verhoor. Als supervisor trouwens niet alleen voor jezelf enerverend, want je wilt toch ook graag de betrokken assistent beschermen en begeleiden. En mijn hart lag nog steeds bij de kritieke patiënt. Hoe zou het daar nu echt mee gaan? Er werd mij geadviseerd niet op bezoek te gaan, te kritiek.

Peer support werd aangeboden, maar ik verwerk dit liever op mijn manier.
Uiteindelijk kwam er een eindbespreking met alle betrokken partijen. Hiervoor was ik bloednerveus, nog meer verhoor. Geruststellende woorden van ons afdelingshoofd konden enigszins sussen: ‘uiteindelijk komen hier mooie verbetervoorstellen uit’. En dat was ook het resultaat: er is meer uniformiteit en duidelijkheid in onze protocollen gekomen. Er kwam een erg mooi ziekenhuisbreed antistollingsprotocol, met zelfs enkele aparte kopjes voor de persoon met een dwarslaesie en een jaarlijkse scholing hierover voor alle ziekenhuismedewerkers. De rol van de revalidatiearts als hoofdbehandelaar werd verduidelijkt. Goed om je daar bewust van te zijn en af en toe uit de bescheiden rol van dat onderbelichte specialisme te stappen.

Voor mezelf is de rust pas grotendeels teruggekeerd nadat ik patiënt en partner weer gesproken had. Een blijvertje is een bijzondere interesse in antistolling en ‘daar heel hard bovenop zitten’.
En tenslotte…. in het weekend en op vakantie lees ik mijn werk e-mails niet meer. Op die emotionele beproeving heb je dan toch geen invloed, die volgt later wel.

Een brief van het tuchtcollege

Catja Dijksta, revalidatiearts De Hoogstraat Revalidatie

Het is augustus 2022. We rijden terug van de camping in Frankrijk na een warme zomervakantie. We gaan een beetje te laat weg, pas in de middag en het blijkt verder terugrijden dan we hadden ingeschat. Maar we zijn bikkels en we rijden toch maar door want ja, AJAX-PSV speelt een dag later voor de Johan Cruijff Schaal en er zijn kaartjes geregeld. Half 5 in de nacht zijn we thuis en de volgende dag vroeg weer wakker. We zitten wat vermoeid aan de koffie als om een uurtje of 10 de bel gaat. De postbode met een dik pak, aangetekend. Ha fijn denk ik, dat is de dongel van de zonnepanelen die al maanden moet komen. Blij maak ik het pakje open en zie als eerste de woorden ‘Regionaal Tuchtcollege’ staan. Ik word koud en voel paniek. Durf de rest bijna niet uit de grote envelop te halen. Moet even gaan zitten en vraag mijn man om te lezen wat er staat.

Het blijkt een klacht, ingediend door iemand die ik acht jaar geleden op de poli heb gezien als third opinion. Mijn eerste les van vandaag, je kunt dus tot tien jaar na contact een klacht indienen bij het tuchtcollege. De tweede les is dat het woord tuchtcollege een enorme impact heeft. De gedachte dat je iets fout hebt gedaan en geen goede arts bent komt direct naar voren met de bijbehorende gevoelens.
Het blijkt dat tegen drie mensen een klacht is ingediend. Die klachten krijg je allemaal te zien, ook de klachten die niet tegen jou gericht zijn. Er zijn drie klachten tegen mij ingediend waarbij de voornaamste klacht is dat de patiënt de third opinion niet zorgvuldig vond en het niet eens was met de uitkomst. Ondanks het feit dat het acht jaar geleden is weet ik meteen waar het over gaat. Vijf jaar nadat ik deze meneer op de poli heb gezien kwamen dezelfde klachten binnen bij de interne klachtencommissie van De Hoogstraat. Destijds heb ik deze patiënt uitgenodigd voor een gesprek die, vanwege zijn beperkte mobiliteit, niet (opnieuw) naar De Hoogstraat kon komen. Ik ben destijds samen met de klachtenbemiddelaar hem thuis gaan opzoeken. Dat huisbezoek vond ik wel wat spannend (zijn mailadres was iets in de trant van rottweiler.nl) maar mijn motto bij problemen is: stand in the heat. Bij het huisbezoek lagen er acht mapjes met klachten op tafel waarbij mijn mapje nummer zes was. Het gesprek is rustig verlopen en ik had het idee had dat er begrip was voor mijn uitleg. Helaas liet hij twee maanden later weten toch naar de politie te stappen en een strafzaak te beginnen (Ook weer een les: dit kan helemaal niet omdat het openbaar ministerie zelf de afweging tot vervolging maakt). Er gebeurde daarna twee jaar niets totdat de envelop van het tuchtcollege binnenkwam. Ook weer een les, je krijgt dus niet een klacht op je werk, maar op je huisadres. Omdat je thuis in een andere omgeving dan je werk bent en er dan niet op beducht, komt een dergelijke klacht heel erg binnen.

‘Men kan tot tien jaar na
contact een klacht indienen
bij het tuchtcollege’

Vervolgens is mijn werkgever op de hoogte gesteld en die heeft een advocatenbureau, gespecialiseerd in tuchtrecht in de arm genomen. Op een tuchtklacht dien je binnen drie weken te reageren. De eerste stap voor de advocaat is het regelen van uitstel voor het indienen van het verweer. Het opstellen van het verweer gebeurt door de advocaat in overleg met jou, aan de hand van de door jou geleverde gegevens. Het verweer wordt gestuurd naar het Regionaal Tuchtcollege en dan begint het wachten. Door een tekort aan personeel blijven veel zaken lang liggen. Het advies is ook altijd een advocaat in de arm te nemen en niet zelf een verweer op te stellen .

Uiteindelijk werden we vier maanden later op vrijdag 13 januari uitgenodigd voor een mondeling vooronderzoek. Dit is een bijeenkomst waarvoor klager en de beklaagde worden uitgenodigd. Van het tuchtcollege zijn de griffier en de secretaris aanwezig (in mijn geval ook nog een griffier en secretaris in opleiding, soort coassistent). Het vooronderzoek is niet verplicht en vindt plaats als klager en beklaagde dit willen. Het dient ter verduidelijking van de klacht en om te kijken of nog een minnelijke oplossing mogelijk is. Ook dit is een spannende aangelegenheid want rationeel weet je dat het (in mijn geval) nergens over gaat maar emotioneel ervaar je dit totaal niet zo, je zit letterlijk recht tegenover een tuchtcollege. Vervolgens wordt besloten of de zaak enkel op basis van de stukken wordt behandeld (in de raadkamer) of op een openbare mondelinge behandeling voor een voltallig tuchtcollege (drie beroepsgenoten, twee juristen). In mijn geval werd het beoordeling op basis van de stukken. Uiteindelijk kreeg ik eind juli 2023, dus een jaar nadat mijn klacht binnenkwam, bericht dat mijn zaak kennelijk ongegrond was verklaard. In de beslissing maakte het tuchtcollege complimenten omdat dat ik klager thuis had opgezocht. Je kunt als klager dan binnen zes weken tegen de beslissing in hoger beroep gaan bij het Centraal Tuchtcollege. Je maakt de meeste kans met argumenten waarom de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege niet juist zou zijn. Dit gebeurde gelukkig niet.

Per jaar zijn er ongeveer 1.600 klachten die ingediend worden bij het tuchtcollege. Hiervan zijn er ongeveer 1.000 gericht tegen artsen. Ondanks dat artsen 20% van de zorgverleners uitmaken van de beroepsbeoefenaren binnen het BIG-register zijn 65% van de klachten tegen artsen gericht. Sinds een aantal jaar moet er 50 euro griffierrecht betaald worden om een klacht te kunnen indienen in de hoop minder ‘bagatel’ klachten te krijgen. Dat zijn klachten die uiteindelijk ongegrond verklaard worden. Er is een dalende trend als het gaat om indienen van tuchtrechtklachten echter het percentage ‘bagatel’ klachten blijft stabiel steken op zo’n 85%. Het tuchtcollege is bedoelt als kwaliteitsinstrument al is het de vraag of het doel gehaald wordt op de manier waarop het nu georganiseerd is. Veel artsen worden defensiever tijdens de behandeling na een eventuele veroordeling of stoppen zelfs met hun vak. Ook zonder veroordeling heeft een tuchtzaak veel impact.

‘Ik deel mijn ervaringen;
zo kunnen we van iets
negatiefs toch iets positiefs
maken, en ervan leren’

Ik besloot zelf om over dit onderwerp onderwijs te geven en heb dat na de uitspraak ook gedaan, samen met mijn advocaat, aan alle aiossen en revalidatieartsen in De Hoogstraat, om de lessons learned te delen en dit werd zeer gewaardeerd. Ik deel het ook graag met de lezers van het NTR. Als dokters willen we graag blijven leren en laten we dat ook vooral blijven doen, zo kunnen we van iets negatiefs toch iets positiefs maken.

Gerelateerde artikelen NTR

‘Voor veel patiënten zijn revalidatiespecialisten de belangrijkste’

Internist en hoogleraar Marcel Levi: ‘bescheidenheid past niet bij een sector die een grotere rol moet krijgen’ Interview – DCRM…

’Niemand heeft de intentie om schade te berokkenen’

Calamiteiten in de zorg en de rol van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) Onderzoek na een calamiteit is vooral…

Ieder geschil is een kans om het beter te doen

De Geschillencommissie biedt een laagdrempelig alternatief voor de gang naar de rechter Iedere zorgprofessional zet zich in om kwaliteit te…

Een klacht is géén cadeautje!

Geen enkele revalidatiearts begint zijn dag met het voornemen een patiënt onheus te bejegenen, onvolledig te informeren of slechte zorg…

Gerelateerde artikelen Revalidatie Magazine

‘Het is een soort YouTube, maar dan voor de zorg’

Om beeldgegevens van patiënten gegarandeerd veilig te kunnen hanteren en opslaan heeft De Hoogstraat arQive ingezet, een digitaal archief dat…

‘Dat ene plan is echt belangrijk’

Veranderde wetgeving en bezuinigingen, onder andere op het speciaal onderwijs binnen nieuw gecreëerde samenwerkingsverbanden van scholen, kunnen de zorgvuldig opgebouwde…

Verantwoord declareren

Certificatiesysteem voor de methodiek van declareren Met de introductie van de prestatiebekostiging in 2015 zijn revalidatiecentra hun behandelingen op een…

Medisch specialistische revalidatie afgebakend

Over wat medisch specialistische revalidatie precies inhoudt en welke patiënten daarvoor in aanmerking komen, lopen de meningen soms uiteen. Een…