10 december 2024

De weg naar Juiste Zorg Op de Juiste Plek

Innovatie

Voor de juiste zorg op de juiste plek voor kinderen met DCD is Revalidatie Friesland een samenwerking gestart met meerdere eerstelijns praktijken. Resultaat is dat Revalidatie Friesland met meerdere eerstelijns praktijken samenwerkt. Naast veranderingen in cultuur (elkaar kennen en vertrouwen) bleek ook veranderingen in organisatiestructuur (bijvoorbeeld planning) noodzakelijk.

Auteurs
S.A. (SARAH) FLAP MSC

Projectleider, Revalidatie Friesland, Beetsterzwaag

H.A. (HELEEN) REINDERS-MESSELINK PHD
Senior onderzoeker, Revalidatie Friesland, Beetsterzwaag

M.M. (MARINA) SCHOEMAKER PHD
Universitair Hoofddocent, Rijksuniversiteit Groningen, UMCG, Bewegingswetenschappen, Groningen

B. (BARBARA) PISKUR PHD
Universitair Hoofddocent, Zuyd Hogeschool, Heerlen & Universiteit Hasselt, Hasselt, België

Kinderen met Developmental Coordination Disorder (DCD) zijn beperkt in participatie thuis, op school en in de maatschappij.1,2,3 Ze ervaren problemen in de motoriek, zelfvertrouwen en zelfstandigheid, waarvoor kinderen behandeld worden door therapeuten in de eerste lijn.
Aanbeveling uit de DCD-richtlijn is om bij onvoldoende vooruitgang en/of complexe problematiek te verwijzen naar een revalidatiecentrum.3 Deze kinderen worden echter vaak laat doorverwezen naar een multidisciplinair team in de tweede lijn. Het duurt gemiddeld 33,5 maanden na de eerste keer dat ouders hun zorgen bij een zorgprofessional geuit hebben, voor de diagnose DCD gesteld is.4 Groot risico hierbij is dat kinderen faalangst ontwikkelen en motorische activiteiten vermijden, waardoor hun vaardigheden verder achteruit gaan en ze niet mee komen met leeftijdgenootjes. Betere afstemming tussen eerste- en tweedelijnszorg, is nodig om kind en ouder eerder de beste ondersteuning te geven en onzekerheid bij ouders weg te nemen.
Om betere samenwerking te organiseren is in Friesland het door ZonMw gesubsidieerde project Samenwerking tussen de eerste en tweede lijn in Friesland: ontwikkelen van een DCD-netwerk met diverse partners gestart. Het doel van dit project is om in co-creatie met diverse stakeholders de Juiste Zorg Op de Juiste Plek voor kinderen met DCD te organiseren.

Dit project kenmerkt een multi-method aanpak; interviews, actie-onderzoek, tijdlijnmethode en ontwerpgerichte benadering. De interviews met professionals vanuit de eerste lijn, Revalidatie Friesland, het onderwijs (ambulante begeleiding) en ouders van kinderen met DCD lieten zien dat er sprake was van een wij-zij cultuur met denkbeelden over en weer. Er was een gevoel binnen de eerstelijnszorg dat Revalidatie Friesland zich als expert beschouwde voor de zorg van kinderen met DCD en dat ze kinderen bij voorkeur binnen de eigen instelling wilden houden. Aan de andere kant vonden professionals bij Revalidatie Friesland dat kinderen te lang in de eerstelijnszorg bleven zonder doorverwijzing. Een gebrek aan communicatie tussen de eerstelijns- en tweedelijnszorg belemmerde de samenwerking.

‘Er bleek sprake
van een
wij-zij cultuur’

Om de samenwerking tussen de eerstelijns- en tweedelijnszorg te verbeteren, zijn we met een aantal enthousiaste mensen vanuit verschillende werkvelden een werkgroep gestart wat te beschouwen is als een community of practice. Kenmerkend hiervoor is dat iedereen werkt vanuit intrinsieke motivatie, zijn kennis en ervaring rondom DCD deelt en we van elkaar leren om uitdagingen in de praktijk aan te gaan.5 In dit project zijn kindertherapeuten vanuit de eerstelijnszorg (Fysiotherapie Oosterwolde en Kinderfysiotherapie Leeuwarden) en tweedelijnszorg (Revalidatie Friesland) betrokken en wordt samengewerkt met Steunpunt Onderwijs Noord, oudervereniging Balans-Digitaal, en ouders van kinderen met DCD.

Binnen de werkgroep hebben we de resultaten van de verkennende interviews over de onderlinge denkbeelden en gebrek aan communicatie op tafel gelegd en openlijk besproken. Dit bleek een belangrijke eerste stap in het creëren van wederzijds begrip, aangezien iedereen zich realiseerde dat we een gezamenlijk doel hebben in de zorg voor kinderen met DCD. De verschillende belangen hebben we omgezet naar een gezamenlijke missie: Goede samenwerking tussen eerste- en tweedelijnszorg met gezamenlijke verantwoordelijkheid in de zorg voor kinderen met DCD. Bij voorkeur vindt de zorg zo veel mogelijk dicht bij huis plaats, waardoor het geleerde in de behandeling makkelijker gegeneraliseerd kan worden naar de thuissituatie.

Acties

Ontwikkelen samenwerkingsmodel
Na het opstellen van een gezamenlijke missie, was de reactie van de werkgroep: we willen op korte termijn concrete resultaten opleveren. Echter bleek al snel dat de betrokkenen niet elkaars taal spraken, en dat het van belang is te investeren in het opbouwen van een onderlinge relatie door elkaar te leren kennen en vertrouwen. We zijn praktisch aan de slag gegaan met het ontwikkelen van een protocol voor samenwerken, met als doel: afspreken ‘wie doet wat en wanneer in het zorgproces rondom DCD’. Hierbij kwamen ieders ideeën en belangen op tafel wat leidde tot een gesprek over elkaars perspectieven en expertise. In het ontwikkelde prototype samenwerkingsmodel wordt de eerstelijns therapeut onderdeel van het multidisciplinaire revalidatieteam, door mee te doen aan verschillende multidisciplinaire overleggen (aan het begin van de behandeling, bij de overgang naar de eerste lijn en bij het gezamenlijke eindgesprek). Het uitgangspunt van het samenwerkingsmodel is dat het team binnen Revalidatie Friesland focust op het aanleren van een leerstrategie en het bieden van ouderbegeleiding. Vervolgens gaat de eerste lijn in de eigen omgeving van kind en ouders verder met het toepassen van de leerstrategie op verschillende vaardigheden.

‘De eerste lijn wordt
onderdeel van het
multidisciplinaire
revalidatieteam’

Uitbreiding van de samenwerking: een groeiend innovatie ecosysteem voor gelijkwaardigheid
Na op kleine schaal ervaring te hebben opgedaan met het realiseren van samenwerking, hebben we opgeschaald door in een netwerkbijeenkomst, waarvoor alle eerstelijnspraktijken uit Friesland waren uitgenodigd, input en feedback te vragen op het concept-samenwerkingsmodel. Na deze netwerkbijeenkomst zijn 21 eerstelijns therapeuten aangehaakt bij de samenwerking.

Gedurende het innovatieproces kwamen we met de werkgroep tot het inzicht dat een samenwerkingsmodel niet voldoende is, maar dat elkaar leren kennen en vertrouwen cruciaal is, ook voor de praktijken die nieuw aanhaken bij het netwerk. Daarom zijn we meeloopdagen gaan organiseren, waarin de eerste lijn meekijkt bij een DCD-consult van Revalidatie Friesland.

Continue evaluatie en reflectie
Passend bij actieonderzoek zijn verschillende methodes van evaluatie en reflectie ingezet met als doel om zicht te houden of acties bijdragen aan de langetermijnmissie, bij te stellen waar nodig en geleerde lessen in kaart te brengen. Om goed zicht te houden op hoe de samenwerkingsafspraken tot uiting komen in de praktijk zijn twee monitoren aangesteld. De input van de monitoren werd ingebracht in de projectgroep waarbij gereflecteerd werd op zowel inhoud als proces.6,7

Naast het aanstellen van twee monitoren zijn ervaringen verzameld door middel van interviews met de eerstelijns professionals en observaties van de projectleider gedurende behandelteambesprekingen. Alle projectgroepbijeenkomsten zijn opgenomen middels een video-opname en uitgewerkt in een verslag. De Tijdlijnmethode is ingezet voor een gezamenlijk reflectiemoment om bewust stil te staan bij wat er gebeurt in de praktijk en zo inzicht te krijgen in het hele innovatieproces.8 Hierbij werd met de projectgroep over langere tijd teruggekeken naar wat belangrijke momenten in het proces waren die energie gaven en/of juist energie kostten. Het resultaat hiervan is beschreven in een zogenaamd veranderverhaal. Ook is de KinderAdviesRaad gevraagd naar wat zij belangrijk vonden en hoe zij tegen samenwerking aan keken. Al deze data zijn vervolgens kwalitatief geanalyseerd met het programma Atlas.ti. De opbouw van een codeersysteem gebeurde volgens de ‘data-driven methode’. Dit houdt in dat eerst specifiek is gecodeerd en later meer algemenere categorieën zijn gemaakt.9

Opbouwen van samenwerking

‘Als je gaat samenwerken moet het wel met iemand zijn waar je goed mee op kan schieten. Dat gebeurde vandaag nog in de klas ‘iemand luisterende niet’, ja dan is samenwerken wel een beetje moeilijk. Het moet wel iemand zijn met wie je goed kan opschieten en elkaar kan aanvullen’
(Kind uit de Kinderadviesraad van Revalidatie Friesland)

Waar eerder wantrouwen zat, is dit door het uit te spreken naar elkaar en het erover te gaan hebben, gegroeid naar vertrouwen onderling
(Uit: veranderverhaal – Tijdlijnmethode)

Geleerde lessen

Vooral uit de tijdlijnmethode werd duidelijk dat de organisatiestructuur binnen Revalidatie Friesland belemmerend werkt omdat het is ingericht op de eigen medewerkers. Samenwerking met de eerste lijn vraagt flexibiliteit van planners, en andere medewerkers binnen Revalidatie Friesland om buiten de eigen organisatiestructuren te werken en denken. Na deze bewustwording zijn er extra acties uitgezet om de (planning)structuur binnen Revalidatie Friesland zo te organiseren dat het de samenwerking met externe partijen bevordert.

Een tweede belangrijke les is dat ‘kennen, begrijpen, waarderen en vertrouwen’ voorwaardelijk zijn om te komen tot een goede samenwerking.10 Zie ook het kader waarin quotes van stakeholders dit onderbouwen.

Impact samenwerking

Door de samenwerking ervaren therapeuten nu een vollediger beeld van het kind, wat leidt tot beter afgestemde behandelingen. Dankzij de gezamenlijke benadering begrijpen ouders beter wat er met hun kind aan de hand is, wat bijdraagt aan de betrokkenheid van ouders. Dit heeft vervolgens weer een positief effect op het kunnen toepassen van de tijdens de behandeling geleerde leerstrategieën door ouders in de thuisomgeving.

Kortom, de samenwerking tussen eerstelijns therapeuten en het multidisciplinaire team heeft niet alleen geleid tot een gedeelde missie en geïntegreerde samenwerking, maar heeft ook geleid tot verbetering van de behandelkwaliteit en het begrip van ouders om het geleerde vanuit de behandeling in de thuissituatie toe te passen.

Referenties

  1. Rosenblum S, Engel‐Yeger B. Predicting participation in children with DCD. Current Developmental Disorders Reports 2014;1:109–17.
  2. Engel‐Yeger B, Kasis AH. The relationship between developmental co-ordination disorders, child’s perceived self-efficacy and preference to participate in daily activities. Child Care Health and Development 2010;36:670–77.
  3. Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen. Nederlandse richtlijn voor diagnostiek en behandeling van kinderen, adolescenten en volwassenen met Developmental Coordination Disorder (DCD). 2019.
  4. Lust JM, Adams ILJ, Reinders-Messelink HA, Luijckx J, Schoemaker MM, Steenbergen B. The diagnostic trajectory of Development Coordination Disorder (DCD) in the Netherlands: Experiences of mothers. Child Care Health Dev 2022;48:139–49.
  5. Wenger EC, Snyder WM. (2000). Communities of Practice: The Organizational Frontier. Harvard business review, 2000;78:139-45.
  6. Van Mierlo B, Regeer B, van Amstel M, Arkesteijn M, Beekman V, Bunders J, De Cock Buning T, Elzen B, Hoes A, Leeuwis C. Reflexieve monitoring in actie. Handvatten voor de monitoring van systeeminnovatieprojecten. Wageningen University & Research, 2010.
  7. Van der Zouwen, T. Actieonderzoek doen, Een routewijzer voor studenten en professionals. 1ste ed. Amsterdam: Boom, 2018.
  8. Transitiegerichte Monitoring © 2024 door Onderzoeksgroep ‘Transitiegerichte leergemeenschappen voor brede gezondheid, Hanzehogeschool’, gelicenceerd onder CC BY-ND 4.0.
  9. Richards T, Richards L. Using Hierarchical Categories in Qualitative Data Analysis. The NUDIST qualitative data analysis system. Qual Social 1991;14:307-24.
  10. Van Belzen E, Berkelaar M, den Hollander M, Kooiman A, Koopman, A, van der Schot A. Zo bouw je aan een (dementie) netwerk. In Dementiezorg voor elkaar. Praktijkverbeterprogramma Dementiezorg voor Elkaar, 2020.

Gerelateerde artikelen NTR

Zorg voor de toekomst

Een pilot met revalidatiebehandeling op een verpleegkundig kinderdagverblijf Mini-symposium DCRM 2024 De zorg voor het jonge kind met ontwikkelingsproblemen is…

Samenwerken voor kinderen met DCD

De weg naar Juiste Zorg Op de Juiste Plek Innovatie Voor de juiste zorg op de juiste plek voor kinderen…

Duchenne spierdystrofie: toekomstperspectieven

Proefschrift-artikel Dit proefschrift onderzoekt de uitdagingen voor mensen met Duchenne spierdystrofie tijdens hun levensloop. Het beschrijft aangrijpingspunten voor verbetering van…

Expertisecentra in de (revalidatie)zorg – nu en in de toekomst

Dit artikel beschrijft de complexiteit en het belang van expertisecentra in het huidige zorglandschap, in de context van netwerkzorg en…

Gerelateerde artikelen Revalidatie Magazine

Van kinderzorg naar volwassenzorg: ‘Zorg voor een soepele overgang en geen harde knip’

Stel je voor: je bent een tiener in revalidatie. Je zit in een ingrijpende fase van je leven en moet…

Cirkels van Nabijheid leren Iris haar grenzen aan te geven

Hoe leer je een zestienjarige, die qua ontwikkeling veel jonger is, dat hij niet bij iedereen op schoot kan kruipen?…

Rotterdams Onderwijs- en Revalidatiecentrum stuurt aan op trots: ‘Ik doe gewoon mee’

‘Een verandering vindt plaats omdat gewone mensen buitengewone dingen doen’, zei oud-president Barack Obama. Revalidatie Magazine brengt een ode aan…

Libra verandert en reist mee met patiënten

De Verandering: Deel 1 ‘Een verandering vindt plaats omdat gewone mensen buitengewone dingen doen’, zei oud-president Barack Obama. Revalidatie Magazine…